Woensdag 22 februari 2017
Twee maanden geleden werd de afdeling Sportparticipatie van NOC*NSF versterkt met Jelmer van Waveren, projectleider Paralympische sport. Voor Jelmer een heel andere functie dan hij tot nu toe gewend was. “Ik wil graag nog een tijd op deze voet verder.”
Bij Jelmer zit de liefde voor sport in het bloed. “Ik maakte heel bewust de keuze voor de ALO (Hogeschool van Amsterdam, red.) omdat ik wist dat ik in de sport wilde werken”, aldus Jelmer. “Al tijdens mijn studie haalde ik een trainingsdiploma voor wedstrijdzwemmen en ging ik aan de slag als trainer bij zwemvereniging de Dolfijn.”
Die lijn wordt voortgezet. Er volgt een jaar waarin Jelmer - aanvankelijk in het kader van een stage -meedraait met de paralympische zwemploeg, helemaal tot aan Rio. “Ik kreeg een steeds uitgebreider takenpakket”, licht Jelmer toe. “In maart 2016 ging ik aan de slag bij de Triatlonbond. Daar kreeg ik er nog meer taken bij. Sinds november ben ik Talentcoach van het paralympische team.”
Halverwege 2016 werd Jelmer al eens benaderd door NOC*NSF. “André Cats gaf toen aan dat er mogelijk meer mensen nodig zouden zijn. Er was nog niets concreets, maar ik stond op zijn lijstje. Na zijn vertrek (november 2016, Zwembond, red.) hoorde ik niet meer zoveel. Later nam Rita van Driel echter het stokje over en werd het steeds duidelijker. Zo kwam ik bij NOC*NSF op de afdeling Sportparticipatie terecht.”
“Nu ben ik drie dagen per week trainingen aan het verzorgen bij de Triatlonbond”, vervolgt Jelmer. “Op woensdag en vrijdag ben ik meestal op Papendal bij NOC*NSF te vinden. Op de afdeling Sportparticipatie houd ik me daar bezig met de paralympische sport, vooral met het project mulitisport. Daarbij kijken we voor kinderen met een beperking: wat vind je leuk om te doen, welke sport wil en kun je beoefenen? Die willen we vervolgens naar een vereniging begeleiden. De taken die daarbij komen kijken zijn heel afwisselend. We zijn in overleg met collega’s, buurtsportcoaches of externe partijen. En we werken aan een plan van aanpak. Zeker in combinatie met mijn werk als coach is het erg divers.”
Die combinatie pakt voor Jelmer goed uit: “het is zeker een voordeel dat ik bij een sportbond werk. Ik weet hoe het er bij een sportbond aan toe gaat en die kennis kan ik gebruiken bij NOC*NSF. Het is nog wel even wennen, ik heb nog nooit op die manier binnen een bedrijf gewerkt. Elke dag naar kantoor is iets heel anders dan trainingen verzorgen. Maar ik werk in een mooie omgeving, met een team van ambitieuze mensen die net als ik een passie voor sport hebben. Ik wil heel graag nog een tijd op deze voet verder. En als het kan blijf ik mijn leven lang in de sport werken. ”
De sport vraagt een bepaald soort mensen, denkt Jelmer. “Het is natuurlijk belangrijk dat sport je passie is. Je moet er plezier in hebben, anders zal het je niet lang boeien. Je moet willen aanpakken, de handen uit de mouwen steken en een bepaald doorzettingsvermogen hebben. En wat ook heel belangrijk is: je moet in de sport je eigen kansen creëren. Heb je een bepaalde ambitie, dan zul je daar zelf naar toe moeten werken.”